Preventief onderhoud kan bestratingsziekten voorkomen en is een zeer belangrijk onderdeel van het wegenonderhoud geworden. Het vertraagt ​​de verslechtering van de prestaties van het wegdek, verlengt de levensduur van het wegdek, verbetert de onderhoudsefficiëntie van het wegdek en bespaart onderhouds- en reparatiekosten. Het wordt meestal gebruikt voor situaties die nog niet hebben plaatsgevonden. Bestrating die beschadigd is of slechts een kleine ziekte heeft.
Vanuit het perspectief van preventief onderhoud van asfaltverharding stelt de synchrone grindafdichtingstechnologie, vergeleken met andere technologieën, geen hogere eisen aan de bouwomstandigheden. Om de onderhoudsprestaties te verbeteren, is het echter noodzakelijk om de voordelen van deze nieuwe technologie ten volle te benutten. Voordelen vereisen nog steeds bepaalde voorwaarden. Allereerst is het noodzakelijk om de schade aan het wegdek te diagnosticeren en de belangrijkste problemen op te helderen die zullen worden gerepareerd; houd volledig rekening met de kwaliteitsnormen van asfaltbindmiddel en -aggregaat, zoals de bevochtigbaarheid, hechting, slijtvastheid, drukweerstand, enz.; Het uitvoeren van bestratingswerkzaamheden binnen de door de technische specificaties toegestane reikwijdte; correct en redelijk materialen selecteren, sortering bepalen en bestratingsapparatuur correct bedienen. Bouwtechnologie voor synchrone grindafdichting:

(1) Veelgebruikte structuren: Structuren met intermitterende gradatie worden vaak gebruikt en er zijn strikte eisen aan het deeltjesgroottebereik van de steen die voor de grindafdichting wordt gebruikt, dat wil zeggen dat stenen met een gelijke deeltjesgrootte ideaal zijn. Rekening houdend met de moeilijkheidsgraad van steenverwerking en de verschillende vereisten voor antislipprestaties van het wegdek, zijn er vijf kwaliteiten, waaronder 2 tot 4 mm, 4 tot 6 mm, 6 tot 10 mm, 8 tot 12 mm en 10 tot 14 mm. Het meest gebruikte deeltjesgroottebereik is 4 tot 6 mm. 6 tot 10 mm, 8 tot 12 mm en 10 tot 14 mm worden voornamelijk gebruikt voor de onderste of middelste laag van overgangsverharding op laagwaardige snelwegen.
(2) Bepaal het deeltjesgroottebereik van de steen op basis van de gladheid van het wegdek en de antislipprestatie-eisen. Over het algemeen kan een grindafdichtingslaag worden gebruikt voor wegbescherming. Als de gladheid van de weg slecht is, kunnen stenen met een geschikte deeltjesgrootte worden gebruikt als onderste afdichtingslaag voor egalisatie, en vervolgens kan de bovenste afdichtingslaag worden aangebracht. Wanneer de grindafdichtingslaag wordt toegepast als laagwaardige snelwegverharding, dient deze uit 2 of 3 lagen te bestaan. De deeltjesgroottes van de stenen in elke laag moeten op elkaar worden afgestemd om een ​​inbeddingseffect te verkrijgen. Over het algemeen wordt het principe van dikker aan de onderkant en fijner aan de bovenkant gevolgd;
(3) Vóór het afdichten moet het originele wegdek zorgvuldig worden gereinigd. Tijdens de werkzaamheden moet worden gezorgd voor een voldoende aantal met rubber vermoeide wegwalsen, zodat het wals- en positioneringsproces tijdig kan worden voltooid voordat de temperatuur van het asfalt daalt of nadat het geëmulgeerde asfalt is gedemulgeerd. Bovendien kan het na afdichting worden opengesteld voor verkeer, maar de snelheid van het voertuig moet in de beginfase beperkt zijn en het verkeer kan na 2 uur volledig worden geopend om het opspatten van stenen als gevolg van snel rijden te voorkomen;
(4) Wanneer gemodificeerd asfalt als bindmiddel wordt gebruikt, moet de temperatuur van het asfalt binnen het bereik van 160°C tot 170°C liggen, om te zorgen voor een uniforme en gelijke dikte van de asfaltfilm gevormd door nevelspuiten;
(5) De hoogte van het injectiemondstuk van de synchrone grindafdichtingswagen is anders en de dikte van de gevormde asfaltfilm zal anders zijn (omdat de overlap van het waaiervormige nevelasfalt dat door elk mondstuk wordt gespoten anders is), de dikte Door de hoogte van de spuitmond aan te passen kan het oppervlak van de asfaltfilm aan de eisen worden aangepast. Vereisen;
(6) De synchrone grindafdichtingswagen moet gelijkmatig met een geschikte snelheid rijden. Onder dit uitgangspunt moeten de verspreidingssnelheid van de steen en het bindmateriaal overeenkomen;
(7) Voorwaarde voor gebruik van de grindafdichtingslaag als deklaag of slijtlaag is dat de gladheid en sterkte van het oorspronkelijke wegdek aan de eisen voldoet.